Dutch
Detailed Translations for opgewondenheid from Dutch to English
opgewondenheid:
-
de opgewondenheid (geilheid; hitsigheid; zin; lust)
-
de opgewondenheid (seksuele geprikkeldheid; opwinding)
the excitement; the arousal; the sexual arousal; the physical arousal; the libido; the sexual excitement
Translation Matrix for opgewondenheid:
Related Words for "opgewondenheid":
opgewonden:
-
opgewonden (seksueel opgewonden; geil; hitsig; heet)
Translation Matrix for opgewonden:
Adjective | Related Translations | Other Translations |
excited | geil; heet; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden | geagiteerd; levendig; verhit |
exciting | geil; heet; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden | aangrijpend; boeiend; opwindend; pakkend; pikant; sexy; spannende; zinderende |
heated | geil; heet; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden | fel; geagiteerd; heftig; hevig; levendig; verhit; verwoed; vurig |
horny | geil; heet; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden | soppig; wellustig |
hot | geil; heet; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden | heet; hot |
lascivious | geil; heet; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden | soppig; wellustig; zinnelijk |
randy | geil; heet; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden | oversekst |
Related Words for "opgewonden":
Wiktionary Translations for opgewonden:
opgewonden
adjective
-
sexually aroused
- horny → opgewonden; geil
-
having great enthusiasm
-
restless, apprehensive and fidgety