Dutch
Detailed Translations for uitstapje from Dutch to Swedish
uitstapje:
Translation Matrix for uitstapje:
Noun | Related Translations | Other Translations |
eskapad | escapade; uitstapje | |
exkursion | dagreis; excursie; gang; reis; rit; tocht; toer; tournee; uitstapje | |
nöjesresa | plezierreisje; pleziertochtje; uitstapje | |
resa | dagreis; excursie; gang; reis; rit; tocht; toer; tournee; uitstapje | expeditie; mars; reis; rit; tocht; toer; trektocht |
snedsprång | escapade; uitstapje | |
tripp | dagreis; dagtocht; excursie; gang; reis; rit; tocht; toer; tournee; uitstapje | |
tur | dagreis; excursie; gang; reis; rit; tocht; toer; tournee; uitstapje | buitenkansje; gelukkig toeval; gelukstreffer; mazzel; meevaller; opsteker; rijtoer; ronde; toevalstreffer; tournee; treffer; voordeel |
utflykt | dagreis; dagtocht; excursie; gang; reis; rit; tocht; tochtje; toer; toertje; tournee; trip; uitje; uitstapje | dagje uit; excursies; pleziertocht; rit; rondreis; rondrit; snoepreisje; tochtje; toer; tour; trip |
Verb | Related Translations | Other Translations |
resa | omhoogbrengen; ophogen; rechtop zetten; verhogen |