Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. eensgezindheid:
  2. eensgezind:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for eensgezindheid from Dutch to Swedish

eensgezindheid:

eensgezindheid [de ~ (v)] noun

  1. de eensgezindheid (eendracht; harmonie; eendrachtigheid)
    harmoni; endräkt
  2. de eensgezindheid (saamhorigheid; eendrachtigheid)
  3. de eensgezindheid (unanimiteit; eenstemmigheid)
    enighet; samtycke; samförstånd; enhällighet
  4. de eensgezindheid (saamhorigheid; verbondenheid; solidariteit)

Translation Matrix for eensgezindheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
alliance eensgezindheid; saamhorigheid; solidariteit; verbondenheid
endräkt eendracht; eendrachtigheid; eensgezindheid; harmonie eenzelvigheid; uniformiteit
enhällighet eendrachtigheid; eensgezindheid; eenstemmigheid; saamhorigheid; unanimiteit eenstemmigheid
enighet eendrachtigheid; eensgezindheid; eenstemmigheid; saamhorigheid; unanimiteit eenzelvigheid; uniformiteit
enstämmighet eendrachtigheid; eensgezindheid; saamhorigheid
harmoni eendracht; eendrachtigheid; eensgezindheid; harmonie harmonie; samenklank
samförstånd eensgezindheid; eenstemmigheid; unanimiteit overeenstemming; verstandhouding
sammanhörighet eensgezindheid; saamhorigheid; solidariteit; verbondenheid
samstämmighet eendrachtigheid; eensgezindheid; saamhorigheid overeenstemming
samtycke eensgezindheid; eenstemmigheid; unanimiteit accoord; dienstbaarheid; dienstvaardigheid; gedienstigheid; goedkeuring; jawoord; toestemming; welbevinden

Related Words for "eensgezindheid":


Wiktionary Translations for eensgezindheid:


Cross Translation:
FromToVia
eensgezindheid konsensus consensus — general agreement

eensgezindheid form of eensgezind:

eensgezind adj

  1. eensgezind (eendrachtig; harmonieus; saamhorig)
  2. eensgezind (unaniem; eenparig; eenstemmig)
    enig; enigt

Translation Matrix for eensgezind:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
enig eenparig; eensgezind; eenstemmig; unaniem
enigt eenparig; eensgezind; eenstemmig; unaniem
förenad eendrachtig; eensgezind; harmonieus; saamhorig
förenat eendrachtig; eensgezind; harmonieus; saamhorig aaneengehecht; aangehecht; aangesloten; aangevoegd; gekoppeld; vastgehecht; verbonden

Related Words for "eensgezind":


Wiktionary Translations for eensgezind:


Cross Translation:
FromToVia
eensgezind enig; enhällig unanimous — sharing the same view