Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. adopteren:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for adopteren from Dutch to French

adopteren:

adopteren verb (adopteer, adopteert, adopteerde, adopteerden, geadopteerd)

  1. adopteren (aannemen)
    adopter; prendre en charge
    • adopter verb (adopte, adoptes, adoptons, adoptez, )

Conjugations for adopteren:

o.t.t.
  1. adopteer
  2. adopteert
  3. adopteert
  4. adopteren
  5. adopteren
  6. adopteren
o.v.t.
  1. adopteerde
  2. adopteerde
  3. adopteerde
  4. adopteerden
  5. adopteerden
  6. adopteerden
v.t.t.
  1. heb geadopteerd
  2. hebt geadopteerd
  3. heeft geadopteerd
  4. hebben geadopteerd
  5. hebben geadopteerd
  6. hebben geadopteerd
v.v.t.
  1. had geadopteerd
  2. had geadopteerd
  3. had geadopteerd
  4. hadden geadopteerd
  5. hadden geadopteerd
  6. hadden geadopteerd
o.t.t.t.
  1. zal adopteren
  2. zult adopteren
  3. zal adopteren
  4. zullen adopteren
  5. zullen adopteren
  6. zullen adopteren
o.v.t.t.
  1. zou adopteren
  2. zou adopteren
  3. zou adopteren
  4. zouden adopteren
  5. zouden adopteren
  6. zouden adopteren
diversen
  1. adopteer!
  2. adopteert!
  3. geadopteerd
  4. adopterende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

adopteren [znw.] noun

  1. adopteren (aannemen)
    l'accepter; l'adoptir
  2. adopteren (adoptie; aanneming)
    l'adoption; l'acceptation

Translation Matrix for adopteren:

NounRelated TranslationsOther Translations
acceptation aanneming; adopteren; adoptie aanvaarden; aanvaarding; acceptatie; accepteren; akkoord; goedkeuring; innerlijke aanvaarding; instemming
accepter aannemen; adopteren
adoption aanneming; adopteren; adoptie aanvaarden; aanvaarding; innerlijke aanvaarding; pleegouderschap
adoptir aannemen; adopteren
VerbRelated TranslationsOther Translations
accepter aannemen; aanvaarden; accepteren; als gangbaar erkennen; cadeau aannemen; in ontvangst nemen; inwilligen; laten; ontvangen; permitteren; toelaten; toestaan; vergunnen; waarmerken
adopter aannemen; adopteren aannemen; aanvaarden; accepteren; cadeau aannemen
prendre en charge aannemen; adopteren op zich nemen
- aannemen

Synonyms for "adopteren":


Related Definitions for "adopteren":

  1. als kind opnemen in het gezin1
    • ze kunnen zelf geen kinderen krijgen, ze willen een kind adopteren1

Wiktionary Translations for adopteren:

adopteren
verb
  1. een kind aannemen
adopteren
Cross Translation:
FromToVia
adopteren adopter adopt — to take by choice into relationship, as, child, heir, friend, citizen
adopteren adopter adoptieren — jemanden als Kind annehmen