Dutch
Detailed Translations for uitbeitelen from Dutch to Spanish
uitbeitelen:
Translation Matrix for uitbeitelen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
desplegar | uitbeitelen; uitbikken | afwisselen; bikken; distribueren; eten; geuren; graven; herzien; losgooien; loswerpen; naar binnen werken; nader verklaren; ontvouwen; ontwikkelen; opdelven; openspreiden; openvouwen; opgraven; pralen; pronken; ronddelen; scheppen; spreiden; te kijk lopen met; toelichten; tot ontwikkeling brengen; uiteenzetten; uitklappen; uitleggen; uitreiken; uitslaan; uitspreiden; uitvouwen; veranderen; verdelen; verduidelijken; verwisselen; wijzigen |
rezumar | uitbeitelen; uitbikken | afdruipen; afdruppelen; dreinen; drenzen; dwingend huilen; jengelen; uitdruipen; uitdruppelen; uitlekken; wegsijpelen |