Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. legen:
  2. leg:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for legen from Dutch to Spanish

legen:


leg:

leg [de ~ (m)] noun

  1. de leg
    la puesta; la postura; el nidal

Translation Matrix for leg:

NounRelated TranslationsOther Translations
nidal leg nestkastje; vogelhuisje
postura leg air; figuur; gedaante; geesteshouding; geld inzetten; gestalte; gezindheid; houding; inzetten; lichaamshouding; lichaamspostuur; overtuiging; pose; positie; postuur; stand; stand van het lichaam; standje; standpunt; vaststaande mening; vorm
puesta leg geld inzetten; inzet; inzetten; pot; poule; speelgeld

Related Words for "leg":