Dutch
Detailed Translations for uitspoken from Dutch to German
uitspoken:
-
uitspoken (uithalen)
Translation Matrix for uitspoken:
Verb | Related Translations | Other Translations |
ausfädeln | uithalen; uitspoken | afbreken; beëindigen; forceren; lenen; losknopen; loskrijgen; losmaken; lostornen; ontbinden; ontknopen; ontlenen; ontraadselen; ontrafelen; ontwarren; opheffen; rafels loslaten; stukmaken; tornen; uithalen; uitpluizen; uitrafelen; uittrekken; uitvezelen; uitzoeken; verbreken; verbrijzelen |
aushecken | uithalen; uitspoken | lenen; loskrijgen; losmaken; lostornen; ontlenen; tornen; uithalen; uittrekken |
treiben | uithalen; uitspoken | aankweken; aanplanten; begaan; beoefenen; de liefde bedrijven; doen; fokken; functioneren; gaan staan; genereren; handelen; kweken; lenen; loskrijgen; losmaken; lostornen; omhoogrijzen; ontlenen; opkweken; opstaan; per ongeluk doen; planten; plegen; procreëren; rijzen; telen; tornen; uithalen; uitoefenen; uitrichten; uittrekken; uitvoeren; verbouwen; verrichten; voortbrengen |
- | uithalen |
Synonyms for "uitspoken":
Related Definitions for "uitspoken":
External Machine Translations: