Summary


Dutch

Detailed Translations for slogans from Dutch to German

slogans:

slogans [de ~] noun, plural

  1. de slogans (slagzinnen; kreten; leuzen)
    die Slogans; die Sprüche; die Wahlsprüche

Translation Matrix for slogans:

NounRelated TranslationsOther Translations
Slogans kreten; leuzen; slagzinnen; slogans
Sprüche kreten; leuzen; slagzinnen; slogans leuzen; parolen; spreuken; uitspraken
Wahlsprüche kreten; leuzen; slagzinnen; slogans deviezen; leuzen; lijfspreuken; motto's; parolen

Related Words for "slogans":


slogan:

slogan [de ~ (m)] noun

  1. de slogan (slagzin; leus; kreet; reclamezin; reclameleus)
    der Slogan; Schlagwort; der Spruch; der Werbetext; der Werbeslogan; der Werbespruch
  2. de slogan
    der Slogan

Translation Matrix for slogan:

NounRelated TranslationsOther Translations
Schlagwort kreet; leus; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan verkiezingsleus
Slogan kreet; leus; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan devies; leus; leuze; lijfspreuk; motto; parool; spreuk; verkiezingsleus
Spruch kreet; leus; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan aforisme; devies; gezegde; kenspreuk; leus; leuze; lijfspreuk; motto; parool; redekundig gezegde; spreuk; zinspreuk
Werbeslogan kreet; leus; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan
Werbespruch kreet; leus; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan
Werbetext kreet; leus; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan reclametekst

Related Words for "slogan":


Wiktionary Translations for slogan:


Cross Translation:
FromToVia
slogan Ansicht; Klischee; Parole; Schlagwort; Slogan shibboleth — A common or longstanding belief, custom, or catchphrase associated with a particular group, especially one with little current meaning or truth