Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. knokker:


Dutch

Detailed Translations for knokker from Dutch to German

knokker:

knokker [de ~ (m)] noun

  1. de knokker (vechtjas; ijzervreter; vechtersbaas; )
    der Kampfhahn; der Streitsucher

Translation Matrix for knokker:

NounRelated TranslationsOther Translations
Kampfhahn ijzervreter; kemphaan; knokker; messentrekker; ruziezoeker; vechtersbaas; vechtjas haantje; kemphaan; ruziemaker; ruziezoeker; twiststoker; twistzoeker; vechter
Streitsucher ijzervreter; kemphaan; knokker; messentrekker; ruziezoeker; vechtersbaas; vechtjas

Related Words for "knokker":

  • knokkers