Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. zeven:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for zevens from Dutch to French

zevens form of zeven:

zeven verb (zeef, zeeft, zeefde, zeefden, gezeefd)

  1. zeven (doorzijgen; filteren; filtreren; ziften)
    séparer; tamiser; filtrer; trier; sélectionner
    • séparer verb (sépare, sépares, séparons, séparez, )
    • tamiser verb (tamise, tamises, tamisons, tamisez, )
    • filtrer verb (filtre, filtres, filtrons, filtrez, )
    • trier verb (trie, tries, trions, triez, )
    • sélectionner verb (sélectionne, sélectionnes, sélectionnons, sélectionnez, )

Conjugations for zeven:

o.t.t.
  1. zeef
  2. zeeft
  3. zeeft
  4. zeven
  5. zeven
  6. zeven
o.v.t.
  1. zeefde
  2. zeefde
  3. zeefde
  4. zeefden
  5. zeefden
  6. zeefden
v.t.t.
  1. heb gezeefd
  2. hebt gezeefd
  3. heeft gezeefd
  4. hebben gezeefd
  5. hebben gezeefd
  6. hebben gezeefd
v.v.t.
  1. had gezeefd
  2. had gezeefd
  3. had gezeefd
  4. hadden gezeefd
  5. hadden gezeefd
  6. hadden gezeefd
o.t.t.t.
  1. zal zeven
  2. zult zeven
  3. zal zeven
  4. zullen zeven
  5. zullen zeven
  6. zullen zeven
o.v.t.t.
  1. zou zeven
  2. zou zeven
  3. zou zeven
  4. zouden zeven
  5. zouden zeven
  6. zouden zeven
diversen
  1. zeef!
  2. zeeft!
  3. gezeefd
  4. zevend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

zeven

  1. zeven

zeven [de ~] noun, plural

  1. de zeven (theezeefjes)
    le cribles; la passoires

Translation Matrix for zeven:

NounRelated TranslationsOther Translations
cribles theezeefjes; zeven
passoires theezeefjes; zeven
VerbRelated TranslationsOther Translations
filtrer doorzijgen; filteren; filtreren; zeven; ziften doorlekken; doorsijpelen; filteren; uitfilteren; wegsijpelen
sélectionner doorzijgen; filteren; filtreren; zeven; ziften kiezen; ordenen; rangeren; schiften; selecteren; selectie toepassen; sorteren; uitkiezen; uitpikken; uitverkiezen; uitzoeken; verkiezen; ziften
séparer doorzijgen; filteren; filtreren; zeven; ziften afbreken; afrukken; afscheiden; afscheuren; afsplijten; afsplitsen; afzonderen; apart zetten; breken; delen; hamsteren; isoleren; loskoppelen; neerhalen; omverhalen; opdelen; oppotten; opsplitsen; opzij leggen; ordenen; potten; rangeren; scheiden; schiften; separeren; slopen; sorteren; splitsen; uit elkaar gaan; uit elkaar halen; uit elkaar plaatsen; uiteengaan; uiteenplaatsen; uiteenzetten; uitsplitsen; uitzoeken; van elkaar gaan
tamiser doorzijgen; filteren; filtreren; zeven; ziften
trier doorzijgen; filteren; filtreren; zeven; ziften ordenen; rangeren; schiften; sorteren; uitzoeken
OtherRelated TranslationsOther Translations
sept zeven

Related Words for "zeven":

  • zevens, zeventje, zeventjes, zeef

Related Definitions for "zeven":

  1. het door een zeef laten lopen1
    • je moet het sap eerst zeven, dan zijn de klontjes eruit1

Wiktionary Translations for zeven:

zeven
noun
  1. het gehele getal tussen zes en acht, in Arabische cijfers 7, in Romeinse cijfers VII
zeven
  1. Six plus un
noun
  1. Le nombre 7.
verb
  1. séparer des éléments d'un mélange à l'aide d'un tamis.

Cross Translation:
FromToVia
zeven cribler riddle — to put something through a sieve
zeven sept seven — cardinal number 7
zeven tamiser; sasser sieve — to strain, sift or sort using a sieve