Summary
Dutch to German: more detail...
- besteden:
-
Wiktionary:
- besteden → ausgeben, spendieren
- besteden → ausgeben, verausgaben
Dutch
Detailed Translations for besteden from Dutch to German
besteden:
-
besteden (doorbrengen; slijten)
-
besteden (spenderen; uitgeven)
Conjugations for besteden:
o.t.t.
- besteed
- besteedt
- besteedt
- besteden
- besteden
- besteden
o.v.t.
- besteedde
- besteedde
- besteedde
- besteedden
- besteedden
- besteedden
v.t.t.
- heb besteed
- hebt besteed
- heeft besteed
- hebben besteed
- hebben besteed
- hebben besteed
v.v.t.
- had besteed
- had besteed
- had besteed
- hadden besteed
- hadden besteed
- hadden besteed
o.t.t.t.
- zal besteden
- zult besteden
- zal besteden
- zullen besteden
- zullen besteden
- zullen besteden
o.v.t.t.
- zou besteden
- zou besteden
- zou besteden
- zouden besteden
- zouden besteden
- zouden besteden
diversen
- besteed!
- besteedt!
- besteed
- bestedend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for besteden:
Verb | Related Translations | Other Translations |
aufwenden | besteden; spenderen; uitgeven | consumeren; gebruiken; kosten maken; verbruiken |
ausgeben | besteden; doorbrengen; slijten; spenderen; uitgeven | distribueren; doorleven; doorstaan; iets uitgeven; ronddelen; uitbrengen; uitgeven; uitkeren; uitreiken; verdelen; verdragen; verduren; vergeven; verstrekken; verteren; weggeven; wegschenken |
spendieren | besteden; doorbrengen; slijten; spenderen; uitgeven | feestelijk onthalen; fuiven; fêteren |
- | uitgeven | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
ausgeben | weggegeven |
Synonyms for "besteden":
Related Definitions for "besteden":
Wiktionary Translations for besteden:
besteden
Cross Translation:
verb
-
schaarse middelen een bestemming geven
- besteden → ausgeben; spendieren
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• besteden | → ausgeben; verausgaben | ↔ dépenser — Employer telle ou telle somme à l’achat de telle ou telle chose. |